Croque liégeois
Waar de ‘croque-monsieur’ zijn origine vindt is niet 100% duidelijk, maar vermoed wordt dat het wel eens ‘Down Under’ zou kunnen zijn. Aboriginals hadden de gewoonte om de ‘jacht van de dag’ tussen twee lappen deeg boven hun houtvuurtje te roosteren. Het waaide over naar Indonesië, daar gingen de Nederlanders ‘kolonistje’ spelen en zo kwam de ’tosti’ naar onze contreien. Pas eeuwen later (begin 20e eeuw) zou de tosti ook door het leven beginnen gaan als ‘croque-monsieur’. De eerste vermelding op een ‘menu’ is terug te vinden in 1910 in een Parijs café.
Gewoon een ‘croque’ (een krokante toast) kenden mensen al, maar toen een zekere heer een snelle hap wou, met wat nog beschikbaar was (hesp en kaas), en een ’toast’ daar het hoofdbestanddeel (omhulsel) van werd … de hap werd hem gebracht met de woorden ‘un croque pour monsieur’. De hap viel in de smaak, een legende was geboren.
Of het verhaal volledig klopt zal moeilijk te achterhalen zijn. De varianten waarbij beweerd wordt dat de ‘monsieur’ eerder slaat op feit dat er ooit mensenvlees werd gebruikt als ingrediënt, laten we ook liever achterwege. Zeker is wel dat de geest van de croque goed wordt weerspiegeld in zijn ‘ontstaansverhaal’. Het is een snelle hap die je inderdaad in alle mogelijke varianten kunt maken met ‘wat er nog is’. De klassieke croque met kaas en hesp is maar een (basis) variante. Denk maar aan de ondertussen ook vrij klassiek geworden alternatieven als ‘croque-madame’ (met een spiegelei), ‘croque boum-boum’ (met bolognaisesaus), ‘croque Hawai’ (met ananas), ‘croque norvégien’ (met zalm i.p.v. ham), ‘croque auvergnat’ (met bleu d’Auvergne), ‘croque provençal’, … en ga zo maar door. Wij gaan voor een schitterende Belgische variante, een ‘croque liégeois’.
Ingrediënten (voor 4 stuks):
- 200 g zachte Hervekaas B.O.B.
- 2 appels
- 8 sneetjes rozijnenbrood
- Een klontje hoeveboter
- Peper volgens smaak
Bereiding:
- Schil en snij de appels in niet al te fijne plakjes. Smelt de boter in een grote pan op zacht vuur en bak de plakjes appel aan beide kanten tot ze zacht zijn geworden.
- Snij de Herve in plakjes, verdeel ze over de helft van de boterhammen en bedek ze met de appels. Kruid eventueel met wat peper en leg er de andere sneden rozijnenbrood op.
- Bak de croques, ongeveer 5 min, aan beide kanten op zacht vuur in de pan waarin de appels bakten (zonder boter toe te voegen). Hou ze goed in de gaten, want rozijnenbrood kleurt heel snel goudbruin. Zet daarom het vuur ook niet te hoog zodat de kaas de kans krijgt op te warmen en te smelten alvorens het brood begint aan te branden. Daarom werkt het ook beter in de pan dan in een croque toestel trouwens (die bovendien jouw croque nog eens gaat ‘pletten’).
- Serveer de croque met een fris slaatje. Een slaatje rauw witloof past hier bijvoorbeeld heel goed bij.
Heb je geen rozijnenbrood in huis dan kun je ook met een ander type brood werken en een gelijkaardig effect bekomen door een beetje Luikse stroop op de boterham te smeren. Mueslibrood is eveneens een mooi alternatief en de noten die daar meestal in zitten, passen perfect bij de rest van het gezelschap.
Bij een ‘Luikse Croque’ hoort uiteraard een Luiks bier en met de Val-Dieu Grand Cru hebben we een klassebak die de smaakexplosie die deze croque is gerust de baas kan.
Coverfoto © Herve Société